Veiligheidscoördinatie

Plan

Voor welke werken moeten veiligheidscoördinatoren worden aangesteld?

 

De verplichte veiligheidscoördinatie is zeer uitgebreid. Zij geldt telkens wanneer de uit te voeren werken voldoen aan de beide volgende criteria.

Bouwwerken in de ruime zin van het woord, dit houdt in alle werken (inclusief renovatie, verbouwing, herstellingen en onderhoud) aan een onroerend goed of een nieuwbouwproject.

Deze werken worden door minstens twee verschillende aannemers uitgevoerd, ongeacht of zij tegelijk of na elkaar op de bouwplaats komen.
 

Samengevat betekent dit dat de verplichting om een veiligheidscoördinator aan te stellen geldt voor alle bouw- of renovatiewerken behalve wanneer alle werken die u heeft besteld, worden uitgevoerd door één enkele aannemer (zonder onderaannemer!).

 

Wat is de rol van Adreva? Welke taken hebben wij?

 

Er wordt een onderscheid gemaakt tussen een veiligheidscoördinator voor het ontwerp en de veiligheidscoördinator voor de uitvoering. Deze twee functies kunnen eventueel uitgevoerd worden daar één persoon.

Tijdens de ontwerpfase van het bouwwerk moet de coördinator de architect (of indien er geen architect is, de aannemer die verantwoordelijk is voor de werken) helpen om in het ontwerp de veiligheidsmaatregelen en de preventieregels op te nemen waarmee rekening zal moeten worden gehouden tijdens de verwezenlijking van het bouwwerk en tijdens de uitvoering van latere werken. In deze context moet de coördinator  twee documenten opstellen: een veiligheids- en gezondheidsplan en een postinterventiedossier; bovendien moet hij een coördinatiedagboek openen en bijhouden.

Tijdens de uitvoeringsfase van de werken ziet de coördinator toe op de coördinatie van de activiteiten van de aannemers met het oog op de voorkoming van risico’s. Hij moet regelmatig aanwezig zijn op de bouwplaats om de toepassing van het veiligheidsplan te controleren. Bovendien moet hij de documenten, zoals het veiligheids – en gezondsplan, aanpassen aan de behoeften en het coördinatiedagboek bijhouden en bijwerken.

 

De coördinatieovereenkomst en het betalingsbeding

 

De aanstelling van de coördinator moet het voorwerp uitmaken van een schriftelijke overeenkomst tussen deze coördinator en de met zijn aanstelling belaste persoon (de architect, de aannemer of de opdrachtgever).

Een van de bedingen die in de aanstellingsovereenkomst moeten staan, is voor u als opdrachtgever rechtstreeks van belang. Het is het beding over de betaling van de honoraria van de coördinator. Dit beding regelt de berekenings- en de betalingswijze van de honoraria van de coördinator en preciseert ook dat die honoraria ten laste van de opdrachtgever zijn.

 

Het postinterventiedossier (PID): een te bewaren document

 

Zoals zijn naam het zegt, bevat het postinterventiedossier (PID) technische inlichtingen over het bouwwerk die nuttig zullen zijn voor de organisatie van de preventie wanneer later bijvoorbeeld onderhouds- of herstellingswerken aan het bouwwerk worden uitgevoerd.

Dit dossier wordt opgesteld en aangevuld door de veiligheidscoördinatoren tijdens het ontwerp van het project en de uitvoering van het bouwwerk. Aan het eind van de werken bezorgt de architect of de aannemer die de coördinatoren heeft aangesteld u het dossier in ruil voor een ontvangstbewijs.

Opgelet: het PID is verplicht, zelfs wanneer de werken geen coördinatie vereisen (werken die door slechts één aannemer worden uitgevoerd). In dat geval moet u zelf dit dossier opstellen of laten opstellen.

U moet dit PID bewaren om het te kunnen voorleggen aan de coördinator of, indien er geen is, aan de aannemer die eventueel later werken zal uitvoeren aan uw gebouw. Voorts moet u, indien u het goed verkoopt of schenkt, het PID aan de nieuwe eigenaar van het gebouw bezorgen.